Een werk in gouache, pen en Oost-Indische inkt, op papier, op canvas gekleefd, gevat in een doosje (op de bodem van een doosje gekleefd), dat vervolgens door middel van touwtjes in een bewerkte lijst achter glas is gemonteerd. Het geheel oogt als een kijkdoos. // De tekening: rechts van het midden: een brandende kaars in een kubusvormige houder. De stralenkrans van de vlam weergegeven in geel en oranjerood. Links van de kaars: een monsterlijke figuur - half man, half reptielachtig - in profiel naar rechts voorovergebogen, zonder armen, met schubben op de rug, een penis in erectie, en met een opengesperde mond waaruit een lange tong steekt. Rechts van de kaars: een kleinere, meer menselijke figuur, in profiel naar links, met opengesperde mond en met een twijg in de handen die hij voor zich uit houdt. De beide figuren staren naar de vlam van de kaars, wat nog wordt benadrukt door gele stippellijnen die van hun beider ogen naar de vlam lopen. Het tafereel is gesitueerd in een open vlakte, voornamelijk in bruintonen weergegeven, met op de horizon een geelgroene lijn die een bergketen in de verte suggereert en die diepte aan de compositie verleent. Onder de tekening (nog in het doosje): "Bervoets Fr." Onder het doosje, op een achtergrond met een groen motief, zit een soort label, waarop geschreven: " - ontmoeting - 74" // Versozijde, etiketten: Supplement veiling nr 14, 17-18 oktober 1995, lot 112A