Frontaal zicht op het interieur van een kamer in een boerderij, de verf pasteus aangebracht. Links van het midden is een zittende vrouw afgebeeld die aardappelen schilt. Zij draagt een blauwe schort, een rode blouse en een wit hoofdkapje. De vloer is als een rood vlak weergegeven, het plafond bruin. In de witte muur achter de vrouw is de opening van een open oven zichtbaar die is afgezoomd met bakstenen. Rechts wijkt de muur naar achter. Links op dit gedeelte van de achterwand een raam waardoor een fragment van het exterieur waar te nemen is. Boven het raam een rek met een aantal aardewerken potten. Voor het raam een grote groene ton, pot of ketel. Rechts van het raam een houten deur, waarboven drie kleine lijstjes hangen. Het signatuur van de kunstenaar is rechts van deze lijstjes op de witte muur aangebracht. Rechts op het voorplan een commode met daarop een weegschaal en een kruik. De buitenrand van het schilderij (of enkel de boven- en onderzijde?) is vermoedelijk later aangebracht en is uitgevoerd in een minder dikke verflaag, mogelijk niet door de kunstenaar.