In houtskool op bruin papier, een grafische voorstelling van twee wandelende figuren in profiel naar rechts. De rechtse figuur is wellicht een voorstelling van Christus. Hij heeft een typische haardracht en is gekleed in een lang gewaad, met op de rechterzij de afbeelding van een Davidsster. Met gesloten ogen en een bezorgde uitdrukking op het gelaat loopt hij voorovergebogen, met de rechterhand steunend op een herderstaf en met een plunjezak over de schouder geworpen. Evenwijdig aan de herderstaf loopt een ketting, die mogelijk aan de polsen van de figuur is bevestigd. De linkse figuur, meer op de voorgrond, heeft een kaalgeschoren hoofd en draagt een broek en hemd met een streeppatroon, wellicht een verwijzing naar gevangeniskledij. De figuur draagt over zijn rechterschouder een plunjezak. Op zijn rug is een hakenkruis getekend. Van zijn rechterpols naar zijn rechterenkel loopt eveneens een ketting. Rond beide figuren zijn een aantal dubbele bliksemschichten getekend, die ook gelezen kunnen worden als het SS-embleem. Bovenaan op het blad (als ondergrond van de tekening en vermoedelijk uitgeveegd) is in grote letters, over de volledige breedte van het blad, geschreven: "TRAGÉDIE HUMAINE". Deze woorden waren ook op de achterzijde van de oorspronkelijke lijst geschreven (het werk werd later opnieuw ingelijst). Rechtsonder, in handschrift: "E. Yoors, London 1940". // In 1940, bij het begin van de Tweede Wereldoorlog vluchtte Yoors met zijn gezin naar Groot-Brittannië, om pas in 1947 terug te keren naar België.