Afbeelding van een man (links) en een vrouw (rechts), met tussen hen in een kind dat op de knie van de man zit. De drie figuren vormen één geheel. Opgezet als een lijntekening in losse, zwierige zwarte lijnen, die vervolgens zijn ingekleurd in vlekkerige felle kleuren, waarin het geel domineert, maar met rode, groene en blauwe accenten. In de figuur van de vrouw en het kind zijn grote delen wit gelaten. Het kind draagt een grote bril met zwart montuur en ondoorzichtige glazen, die het met de linkerhand vasthoudt. De vrouw draagt een wit vissershoedje waarvan de rand een overdreven zwarte schaduw over haar (onzichtbare) gezicht laat vallen. Het drietal lijkt in een sofa te zitten, blauw met groene accenten. De achtergrond is vlak ingekleurd in tonen van blauw-groen. Linksonder, in zwarte verf, gesigneerd en gedateerd: "dyckmans 86".