Gezicht over de Plaats op Lange Vijverberg, huis van Egmond, Gevangenpoort. Tegen muur die Vijverberg afsluit een schavot. Langs de rechteroever gebouwen van het Buitenhof waarboven de Ridderzaal uitsteekt.Vanaf een hoog standpunt kijken wij hier uit op de Plaats waar de Haagse bevolking in alle rust een wandeling maakt. Dit in okerkleurige en roodbruine tinten uitgevoerde schilderij behoort tot de zeer zeldzame afbeeldingen waarop enkele middeleeuwse ‘bedrijfjes’ naast de Gevangenpoort te zien zijn. Het is zelfs bekend wie daar gedurende het ontstaan van dit werk verbleef. In het linkerpand had smid Andreas Hubrechts zijn werkplaats en in het rechterdeel woonde kleermaker Joost Millinck. Verder zien wij links van de Gevangenpoort de vijverzijde van de gebouwen van het Binnenhofcomplex. De Ridderzaal torent daar als een massief blok bovenuit. Aan de overzijde van de Hofvijver is nog een klein gedeelte van het oude gebouw van de Sint-Sebastiaansdoelen zichtbaar; op de plek waar nu ons museum staat. Wie goed naar de lucht kijkt, zal in het midden een grote vogel waarnemen. Slaat hier een ooievaar, het symbool van Den Haag, zijn vleugels uit?
De linkerhelft van het paneel wordt gedomineerd door hoge bomen staande op de Lange Vijverberg. Op dit schilderij is goed te zien hoe dit gebied vroeger van de Plaats was afgesloten door een lage muur. Slechts via een poortje kon men in- en uitgaan. Ook aan de andere zijde, bij het Tournooiveld, was zo’n afscheiding aangebracht. Het woongebied van de Haagse edelen moest zo gevrijwaard blijven van loslopend vee. Aan de kant van de Plaats is tegen de muur het ‘Groene Zoodje’ te ontdekken. Dit stenen schavot werd tussen 1473 en 1474 opgericht voor het voltrekken van openbare vonnissen. Niet iedereen vond het prettig om in het centrum van de stad constant herinnerd te worden aan de gruwelijke executies. Al in 1617 werden pogingen gedaan het stenen gevaarte voor een houten exemplaar te vervangen, zodat het schavot na gebruik verwijderd kon worden. Toch duurde het nog ruim een eeuw, voordat het Groene Zoodje (in 1719) daadwerkelijk werd afgebroken.